Autodelen in 3 grafieken

In Schelle deelden 3 gezinnen afgelopen jaar hun auto. We noemen ze gezin A, B en C. Op basis van hun ervaringen krijgen we inzicht in wat autodelen in de praktijk betekent, en welke getallen daar bij horen.

Inzicht 1: autodelen leert je anders kijken naar mobiliteit

Als je je auto deelt, neem je niet vanzelfsprekend meer de auto voor elk wissewasje. Je gaat creatiever kijken naar alternatieven. Je kijkt sneller of je zaken kunt combineren. Je pakt binnen Zwolle gewoon de fiets. Dit zie je terug in het autogebruik van gezin A:

In 2019 en 2020 reden zij nog 14.000 kilometer per jaar. In 2021 was dit vanwege corona een stuk minder. Toen viel ook het besluit om het woon-werkverkeer met de trein te gaan doen. In 2022 startte het autodelen. 2023 was het eerste volle kalenderjaar ‘delen’. Wat gebeurde er? Het gezin dacht anders na over de vakantie (“dat kan toch ook met de trein’? ). Voor ritjes naar familie namen ze de trein. Dit duurde wat langer, maar werd gecombineerd met andere activiteiten. Het vervoer zelf werd een uitje. Mobiliteit werd “omgedacht”. Gevolg: een halvering van het aantal gereden autokilometers.

Inzicht 2: het is wennen

Een auto delen doe je niet van de één op andere dag. Dat zie je in de grafiek hieronder. Gezin A heeft een relatief constant autogebruik, met een licht dalende trend (zie inzicht 1). Werden er in januari nog 700 kilometers verreden. In december kwam het niet verder dan 400. Langzaam maar zeker veranderde het mobiliteitsgedrag van A.

Gezin B is wat constanter. Deze gebruikt de wagen ook deels voor het werk. Hier valt ook de zomervakantie op. Gezin B had (in goed overleg) de deelauto mee naar het buitenland. Dat telt flink door in het aantal kilometers. Ook bij B een sterk wen-proces, al zie je dat niet zo terug in de grafiek. Ineens werden de ritjes naar padel met de fiets gedaan. Na een tijdje kwamen daar de ritjes naar de supermarkt bij (“die tas kan prima aan het stuur”). Was er eerst voorzichtigheid en een gezonde scepsis, een jaar is dit later omgeslagen in volop enthousiasme.

De groene blokjes zijn van gezin C. Zij deden in juni hun eigen auto weg en begonnen mee te delen met de deelauto. Ook zie je dat het een kwestie van wennen is. Eerst was er nog schroom (‘kan ik nu zomaar jullie auto pakken?’), later in het jaar reed C al een vergelijkbaar aantal kilometers als A.

Inzicht 3: autodelen levert veel op

Natuurlijk. Als je auto deelt, kost dat moeite. Dat is een kwestie van mindset: anders gaan kijken naar mobiliteit. Maar het levert ook veel op! Behalve dat het gezellige burencontacten brengt, zorgt het ook voor een besparing op je autokosten. De grafiek hieronder laat dit zien:

De twee balken links (geelblauw) zijn van gezin A. Zij betaalden zo’n 2000 euro aan autokosten in 2023. Hadden zij de deelauto in eigen bezit gehad, dan lag dit bedrag bij 2 keer zo hoog.

Een stilstaande auto is duur. Dit komt vooral door de vaste kosten als verzekering, wegenbelasting en afschrijving. Als de vaste kosten met meerdere gezinnen worden gedeeld, scheelt dit dus veel. Dit zie je ook terug in de gele blokjes bij gezin A en B. Maar ook de variabele kosten dalen. Denk aan de kosten van garage of nieuwe banden. Ook die worden verdeeld over méér kilometers, en zorgen dus voor een lagere kilometerprijs.

Conclusie

Er zijn veel redenen om te starten met autodelen. Het kan gaan om kosten, om het verminderen van blik op straat. De delers hebben gemerkt dat het grootste effect zit in het eigen gedrag. alle delers zijn anders gaan kijken naar hun autogebruik. Daardoor maken zij nu andere mobiliteitskeuzes. Maar ook om het geld kan autodelen interessant zijn. Toch geldt bovenal: autodelen is leuk en brengt veel contact met buren op gang. En dat is moeilijk in een grafiek te vangen.